Een talentvolle debuterende schrijfster vroeg aan haar minnaar, een gerenommeerd schrijver, of hij ook van haar hield wanneer zij geen talent had gehad.
Ze lagen bij haar in de bed, het was zondagochtend, een dag na de presentatie van haar boek ‘In stilte zul jij komen’.
De gerenommeerd schrijver hoefde niet lang na te denken – ‘waarschijnlijk wel’ –en streek met zijn vingertop over de navel van zijn minnares. Het was een bijzondere navel, constateerde hij tevreden, bol en glad als een kleine kers.
De talentvolle debuterende schrijfster bekeek zijn rug die gespikkeld was en wat schilferig voelde door opkomend eczeem. Elf jaar geleden had ze hem voor het eerste gezien, zelf nog jong, talentvol en debuterend, op een meet & greet bij haar op de middelbare school. Op het podium midden in de aula had hij een sigaret opgestoken, de rook uitblazend richting een zenuwachtige leraar Nederlands die hem interviewde en tevergeefs zocht naar de blik van de directeur achterin de zaal. Ze had met open mond zijn bewegingen gevolgd terwijl hij de vragen over zijn jeugd, ambitie, visie op de Grote Drie beantwoordde met korte knikjes.
De volgende dag namen ze afscheid. De talentvolle debuterende schrijfster zette koffie, stofzuigde het huis, liet de hond uit. Aan het eind van de middag belde ze haar uitgever op dat ze toe was aan een grote vakantie.
Dit verhaal is ook te horen op AmsterdamFM. Luister hier.