Op Terschelling is sinds vrijdag een man vermist. Voor het laatst is hij gezien bij Midsland aan Zee. Sindsdien zijn er zoekacties georganiseerd met honden, paarden, vrijwilligers en helikopters.
Ik ken de man een beetje, ik weet dat hij jaren op het eiland woont en bij de VVV werkt. Hij moet het eiland op zijn duimpje kennen. Ik volg het nieuws via Facebook. Ik bekijk de kaarten waarop gemarkeerd staat waar er is gezocht. Ik lees de steunbetuigingen van mensen van het eiland en van de wal.
Gisteravond ontving ik het bericht dat de man is gezien en dat hij zich waarschijnlijk in de duinen schuil houdt. Een vrouw op Facebook schrijft: ‘We moeten hem de ruimte geven, bel 112 als je hem ziet.’
Als kind ben ik een keer weggelopen. De reden voor mijn vertrek weet ik niet meer, maar in mijn rugtas had ik een schone onderbroek en een nieuwe tandenborstel gestopt. Die middag zwierf ik door de straten van Vlaardingen, ik zat in bushokjes en kocht kauwgom bij de drogist. Rond een uur of vijf kreeg ik honger. Ik liep intussen in een wijk waarvan ik de straatnamen niet goed kon uitspreken. Ik ben naar huis gerend waar het eten klaar stond. Ik kan mij ook niet meer herinneren wat we aten, maar ik stel mij voor dat het iets met gehaktballen was.