Sprookje

Ik schrijf een sprookje, althans dat probeer ik. Al dagen broed ik op het plot, twee tweelingzussen die elkaar verraden en uiteindelijk veranderen in een brand- en dovenetel. Het einde is er, alleen het midden, het begin en het conflict ontbreken nog.

Om verder te komen bestudeer ik het werk van Vladimir Propp, schrijf zijn eenendertig functies uit, lees stukken uit de Poetica van Aristoteles en blader de Metamorfosen van Ovidius door. Ik beland via Pyramus en Thisbe bij The West Side Story. Op youtube bekijk ik de film in movieclips, zoek daarna de hoofdrolspeelster Maria op, kom er achter dat zij werd gespeeld door Natalie Wood, oorspronkelijk Natalie Zacharenko, een Russische, die in 1981 verdrinkt tijdens een opname van Brainstorm, na een ruzie met haar man Richard Wagner, die later nog in Two and a Half men speelt.

Het wil niet erg vlotten.

Ken je ‘Heksen en enzo van Annie M.G. Schmidt?’ vraagt een vriendin, ‘misschien moet je daarin eens kijken.’

Ik lees Spikkeltje, een verhaal over een koning en een koningin die graag een kindje willen en bij een heks hulp vragen. Dat kan natuurlijk alleen maar fout gaan en dat gaat het, want ze krijgen wel een kindje, maar het meisje verandert in een vogel. Maar gelukkig is daar de prins die wel raadt weet met prinsesjes die in vogeltjes zijn veranderd. Hij lokt haar met parels in plaats van brood.

Ik denk niet dat Annie Vladmir of Aristoteles heeft gelezen. Gelukkig maar.